Waarom ondernemingen zich meer aantrekken van de ESG-normen
In een essay voor The New York Times schreef de Amerikaanse econoom Milton Friedman dat een bedrijf slechts verantwoordelijkheid hoeft af te leggen aan zijn aandeelhouders. Dit idee, beter bekend als shareholder theory, wordt veelal zo uitgelegd dat de andere belangen dan die van de aandeelhouders (de belangen van stakeholders) niet bij de bedrijfsvoering hoeft te worden betrokken. De meeste ondernemers zien de zaken zeker niet zo zwart-wit en de maatschappij moedigt het bedrijfsleven steeds meer aan om belangen van stakeholders mee te nemen in bedrijfsbeslissingen.
Donderdag 30 juni stond het jaarcongres van de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs in het teken van ESG-normen in de fiscaliteit. ESG staat voor ‘environment’, ‘social’ en ‘governance’. Deze normen analyseren hoe een bedrijf zich verhoudt tot het klimaat, de maatschappij en hoe het bedrijf wordt bestuurd. Oftewel, deze normen analyseert de primair niet-financiële belangen. Onder de ESG-paraplu wordt ook gekeken hoe een onderneming financieel zijn steentje bijdraagt aan de maatschappij. Draagt een onderneming zijn ‘fair share’ aan belasting bij?
Op het congres vielen twee punten mij op. Een: ESG-normen worden steeds relevanter. 80% van de investeerders toetst potentiële investeringen niet alleen meer op financieel gebied maar neemt ESG-normen mee in de overweging om te investeren of niet. Banken worden hier ook steeds alerter op en de Belastingdienst krijgt steeds meer middelen om te toetsen aan het ‘fair share’-principe. Hoewel niet elke ondernemer van vandaag op morgen te maken krijgt met ESG-normen, worden alsnog steeds meer ondernemingen geconfronteerd met (rapportage)verplichtingen rondom ESG.
Twee: een zaal van 700 belastingadviseurs, die in de media toch met regelmaat wordt weggezet als moreel dubieus, was best enthousiast. De zaal was zich bewust van het feit dat de maatschappij een mening heeft over de fiscale wandel van ondernemers. Dit wordt des te meer relevant wanneer ‘de maatschappij’ voor een ondernemer vertaald kan worden naar ‘uw werknemers, leveranciers en afnemers’. Als er meer aandacht mag komen voor de maatschappelijke effecten en als de adviseur een advies aan meer moet toetsen dan alleen aan de wet, zal een advies daarom meer van waarde zijn.
Tamek vindt dat ondernemers volledig geïnformeerd moeten worden over fiscale mogelijkheden en dat zij dan zelf een beslissing moeten maken hoe zij zich willen verhouden tot ESG-normen. Wel probeert Tamek zelf ESG-normen toe te passen in haar eigen bedrijfsvoering. Mijn ervaring is dat ook andere ondernemers niet graag de grens willen opzoeken: enerzijds omdat het moreel knaagt, anderzijds vanwege de risico’s dat dit met zich meebrengt. Wij merken dat extra aandacht voor ESG bestuurders kan helpen een beslissing te maken en dat dit bijdraagt aan hun bedrijfsvoering. Extra aandacht aan ESG is daarom goed voor zowel shareholders als stakeholders. Zo hoeven we Milton Friedman misschien nog niet helemaal af te schrijven.
Roel Selles
assistent belastingadviseur